…
Beste bloggers,
De voorlaatste dag hier in de Filipijnen ging alweer vroeg van start.
Na een stevig ontbijt vertrokken we met de bus richting Tala. Dit is een oude lepra
kolonie. Tala is Filipijns voor ster, wat aan de ene kant symbool staat voor
hoop, maar tegelijkertijd ook voor iets wat veraf is. Leprapatiënten werden
vroeger namelijk geïsoleerd van de rest van de samenleving uit vrees voor
besmetting. Er rust bovendien (nog steeds) een stigma op mensen met lepra.
In het centrum werden we verwelkomd door Father Louis, een pater uit
Congo, en enkele voormalige leprapatiënten.
Zij vertelden ons hun verhaal, wat
zowel voor hen als voor ons zeer aangrijpend was. Elk van hen getuigden over de
schaamte en verstoting die gepaard gaat met het lijden aan lepra. Na het
stellen van heel wat vragen (en het eten van lekkere gekaramelliseerde bananen)
namen ze ons mee voor een bezoek aan het dorp waar (ex-)lepra patiënten wonen.
Ook
hier kregen we de gelegenheid om met enkele van hen te praten en vragen te
stellen. We namen ook vlug een kijkje in het schooltje waar de kinderen les
kunnen volgen.
Om onze voormiddag af te sluiten trokken we naar het ziekenhuis. Vroeger
enkel voor leprapatiënten, maar sinds enkele jaren een general hospital, waar
ook andere patiënten terecht kunnen. Daar kregen we eerst een presentatie over
de symptomen, het verloop en de behandeling van lepra. Dit was zeer interessant,
mede door het enthousiasme van de verpleger die de presentatie gaf. Vervolgens verdeelden
we ons in twee groepen en bezochten we elk onder begeleiding van een medewerker
van het ziekenhuis de vier wards waar leprapatiënten verblijven. Dit was een
heel confronterende ervaring. We konden met eigen ogen de verminkingen zien die
de ziekte veroorzaakt. De behandeling duurt normaal 12 maanden, maar sommige patiënten
blijven hier soms tientallen jaren omdat ze niet terug naar huis kunnen. Dit kan
verschillende redenen hebben: verstoting, ernstige verminkingen enz. Zo was een
bepaalde patiënte er al 45 jaar.
Na een korte tussenstop in een plaatselijk winkelcentrum om te eten en
na een wissel van bus (airco was kapot en dat moest blijkbaar vermeden worden), reden we richting Payatas. Dit is de
plaats waar al het afval van heel Manila terecht komt. Een volledige
samenleving van 200 000 mensen leven hier op 5 km². Zij leven op en van dit
afval. De meeste van hen werken op de vuilnisbelt, waar ze het afval sorteren. Dit
afval verkopen ze aan de junk shops, een tussenstation tussen hen en de
bedrijven die dit afval vervolgens verwerken. Zij verdienen hiermee 150-200
peso’s (3 à 4 euro) per dag, waarmee ze soms een gezin van zes kinderen moeten
onderhouden. Uiteraard is dit zeer moeilijk tot onmogelijk. Hun eten halen ze
bijvoorbeeld van de afvalberg. Resten van Mc Donalds en andere ketens worden
opnieuw opgewarmd en dienen dan als hun voedsel.
Enkele jaren geleden was er een grote tragedie. Tijdens het
regenseizoen kwam er een gigantische lawine van afval de berg af en
bedolf meer dan duizend mensen. Velen van hen liggen daar nog steeds onder het
afval begraven. Na dit ongeluk is een toegangspas voor de vuilnisbelt
noodzakelijk en is de toegang voor kinderen verboden. (maar naast de belt zie je hen gewoon meehelpen)
We bezochten verschillende centra die proberen het leven van de mensen
hier te verbeteren. Zo was er de crèche, zodat kinderen overdag niet alleen
thuis achterblijven als hun ouders op de vuilnisbelt werken. Ook was er de
leerbegeleiding, waar moeders op zaterdag vrijwillig kinderen helpen met hun
huiswerk. Sommige van hen maken met het afval (gesponsord door bedrijven, dus eigenlijk geen écht afval) mooie pennenzakken, toilettassen,
portefeuilles etc, die verkocht worden om het schooltje te steunen. Velen van
ons lieten zich hier helemaal gaan voor het goede doel. Hierna zetten we onze
wandeling tussen het vuilnis en de sloppenwijken verder. De dingen die we hier
zagen lieten een diepe indruk na. We beseften hoeveel geluk we hebben (een
kapotte airco is nu ook weer niet zo erg). Ondanks de vele ellende die we
zagen, bleven de meeste mensen die we zagen enthousiast en erg vriendelijk.
Uit respect voor de mensen die daar wonen, zetten we geen foto's op de blog. Jullie zullen deze ongetwijfeld in de huiskamer voorgeschoteld krijgen.
Nu gaan we vroeg slapen,
want morgen staat onze wekker al om 4u om naar Batangas te gaan!
Lowie G, Lisa G, Lisa K